‘Innovatie is soms juist minder doen’

Strategisch adviseurs van dertien corporaties maken deel uit van de stuurgroep van Corpovenista. In een nieuwe interviewreeks laten wij hen aan het woord: wat is hun achtergrond, wat drijft hen en wat is de meerwaarde van Corpovenista voor hun werk in de praktijk? Aflevering één: Adriaan Hoogvliet, manager Strategie & Beleid bij De Alliantie.

door Lisette Vos

De eerste wijk waar Adriaan Hoogvliet als student sociale geografie onderzoek deed, was waar hij is geboren en opgroeide: Brinkhorst in Apeldoorn. Na de middelbare school verliet Hoogvliet zijn ouderlijk huis om aan de Universiteit van Amsterdam te gaan studeren. Hoogvliet studeerde af op de ontwikkeling van de woningvoorraad en de bevolkingssamenstelling in Brinkhorst, een wijk die in de periode tussen de twee wereldoorlogen (Gordel 20-40) was gebouwd. Aan de Universiteit van Utrecht zette hij tijdens zijn promotieonderzoek die lijn voort: in vier grote steden onderzocht hij alle wijken die onder de categorie Gordel 20-40 vallen. Hij raadpleegde volkstellingen als één van zijn bronnen, maar hield ook enquêtes onder bewoners. Hoogvliet introduceerde onder meer het begrip ‘verblijfsduurperspectief’, één van de factoren om het verhuisgedrag te verklaren.

De maatschappelijke relevantie van het thema wonen heeft sinds zijn studietijd al zijn belangstelling. Toch miste Hoogvliet in de universitaire wereld de toepassing van de wetenschap in de praktijk. Na zijn baan als beleidsmedewerker bij de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC) ging hij in 1997 aan de slag bij de Amsterdamse corporatie De Dageraad, één van de vier corporaties die in 2001 fuseerden tot De Alliantie, zijn huidige werkgever. “Het werk van een corporatie moet maatschappelijke relevantie hebben, anders kun je het net zo goed aan een marktpartij overlaten. Ik wil iets betekenen voor mensen die het écht nodig hebben. Die betrokkenheid komt, denk ik, voort uit mijn gereformeerde opvoeding.”

Woningwet

De Woningwet die in juli vorig jaar is ingevoerd, heeft volgens Hoogvliet een averechts effect. Minister Blok wil de rol van corporaties beperken tot sociale huisvester voor de mensen met een laag inkomen. De vraag is echter hoe lang corporaties hun maatschappelijk taak kunnen blijven vervullen, als er geen ruimte is voor ondernemerschap, stelt Hoogvliet. “De kern van de wet is dat corporaties opgaven oppakken die de markt laat liggen. Die zullen dan bijna altijd verliesgevend zijn, anders zou een marktpartij wel geïnteresseerd zijn. Tel daarbij de verhuurdersheffing op die de minister ons oplegt, voor De Alliantie gaat het de komende vijf jaar om ruim 250 miljoen euro, dan is het serieus de vraag of die maatschappelijke rol op de lange duur wel is vol te houden.”

Geestverwantschap

Binnen Corpovenista ervaart Hoogvliet veel geestverwantschap:  de leden van de stuurgroep, die ieder als strategisch adviseur in hun eigen organisatie werkzaam zijn, voelen zich – net als hij – betrokken bij de relevante rol die de corporatie voor de samenleving speelt. “We hebben onderling veel discussie gevoerd of we wel voldoende hebben laten zien wat het maatschappelijke rendement van ons werk is. Natuurlijk zijn er in de afgelopen periode corporaties ontspoord, maar 90 tot 95 procent heeft goed werk gedaan. Als de minister schrijft dat corporaties weer dienstbaar aan de samenleving moeten zijn, dan is dat een steek in mijn hart.”

Corpovenista sluit binnenkort de derde termijn van het kennisplatform af. Eén van de onderzoeken waar Hoogvliet bij betrokken is, is de flexibilisering van de huurmarkt. Welke praktijkoplossingen zijn er om meer dynamiek in de huurwoningmarkt te krijgen? Volgens Hoogvliet was de uitkomst niet echt verrassend, maar heeft het onderzoek hem wel aangespoord om een concrete oplossing – woningruil – nader uit te werken. “Dat is een onderschat instrument”, stelt hij. “Ons systeem van woningtoewijzing is gebaseerd op wachten. Je wordt beloond voor de inschrijfduur die je hebt opgebouwd. Terwijl veel groepen geen tijd hebben, bijvoorbeeld mensen die in scheiding liggen of vluchtelingen.”

App voor woningruil

De Alliantie start binnenkort met een pilot om woningruil te stimuleren. Ymere – ook lid van Corpovenista – ontwikkelt tegelijkertijd een app waarop huurders zelf het initiatief tot woningruil kunnen nemen. De Alliantie denkt hierin graag mee. Volgens Hoogvliet werkt deze aanpak alleen als veel corporaties zich aansluiten. “Een huurder uit Maastricht die in Amsterdam wil wonen, heeft door woningruil wel kans om toegang te krijgen tot de Amsterdamse woningmarkt. Huurders zoeken elkaar straks op de app zelf op. Wij stappen er als corporaties in feite tussenuit. Voor mijn gevoel helpen wij bewoners in dit geval juist door minder te doen in plaats van meer.”

Volgens Hoogvliet kunnen bewoners veel meer zelf dan corporaties zich realiseren, zeker in het digitale tijdperk. Bestaande instituties hebben min of meer het nakijken bij initiatieven als Airbnb en Uber. Dat kantelmoment – van de oude naar de nieuwe wereld – zou een invalshoek kunnen zijn voor de komende termijn van Corpovenista, denkt Hoogvliet hardop. “Dankzij ICT en nieuwe technologieën zijn veel innovaties mogelijk. Onze kennis daarover is nog beperkt. Welke toepassingen zijn er denkbaar voor corporaties? Wat zijn bedreigingen of juist kansen? Dat zijn relevante vragen.”