Portieksheriffs: ogen en oren achter de voordeur

In de sociaaleconomisch kwetsbare wijken De Hoven en Wiekslag in Capelle aan den IJssel wordt sinds april 2015 gewerkt met portieksheriffs. Doel: de overlast in portieken verkleinen en het gevoel van veiligheid en betrokkenheid onder bewoners vergroten.

Door Silvester de Ruig

De ‘portieksheriff’ is een idee van Steven Wierckx, die 2014 door de gemeente is aangesteld als één van de twee (inmiddels drie) stadsmariniers in Capelle. Samen met woningcorporatie Havensteder, de gemeente Capelle en de sheriffs wil hij de leefbaarheid verbeteren.

De Hoven en Wiekslag zijn twee aangrenzende buurten van tezamen 93 portiekflats, die eind jaren zestig zijn gebouwd. In de jaren zeventig trokken vooral bewoners uit de oude Rotterdamse wijken naar deze nieuwe woonwijken aan de rand van de stad. In de jaren negentig stroomden er veel bewoners van Antilliaanse komaf in. Tegenwoordig  zijn Wiekslag en De Hoven multiculturele wijken. Ongeveer een derde van de bewoners is autochtoon en er is een grote Antilliaanse gemeenschap (ca. 20%). Verder wonen er Surinamers (7%), Marokkanen (13%), en in minder mate Turken (3%), Somaliërs (5%) en Afghanen (5%). Ongeveer 15% van de bewoners is van andere Westerse of niet Westerse komaf (Verweij Jonker, 2011). In 2011 werden De Hoven en Wiekslag door de gemeente Capelle betiteld als ‘Buurten met Uitzicht’: aandachtswijken.

In De Hoven en Wiekslag concentreert de overlast zich hoofdzakelijk in en om de portiek, zo ontdekte Wierckx toen hij er enige tijd actief was. Een conclusie die ook getrokken werd uit een grote enquête een paar jaar eerder, over leefbaarheid in deze wijken (Verwey-Jonker, 2011). De klachten van bewoners betroffen vooral verschillen in opvattingen over het schoonhouden van de portieken en vuilnis op straat (74%) en de overlast van rondhangende jongeren (53%).‘Dit soort problematiek vereist een aanpak, waarbij je tot in de haarvaten van de wijk doordringt’, aldus de stadsmarinier. ‘Die haarvaten zijn de portieken.’ Wierckx ontwikkelde het idee van de portieksheriff: een betrokken bewoner die een sleutelrol vervult tussen bewoners, woningcorporatie en gemeente. Iemand die belangrijke informatie doorgeeft aan medebewoners, nieuwkomers verwelkomt met een bloemetje en zo op vriendelijke wijze transparantie creëert.Maar ook iemand die problemen signaleert en meldt.

herwinnen goed gevoel

Eén van de portieksheriffs van het eerste uur is de heer Rosa. Rosa woont sinds 2003 in Wiekslag. ‘Ik heb mijn buurt achteruit zien gaan en de gemeenschapszin door de instroom van nieuwe bewoners met andere normen en waarden zien verdwijnen. De mensen kennen elkaar niet meer en de oude bewoners voelen zich hier niet meer thuis.’ Wiekslag gaat Rosa duidelijk aan het hart en hij heeft dan ook geen moment getwijfeld om portieksheriff te worden, om zo bij te kunnen dragen aan het herwinnen van het goede gevoel in zijn buurt. Op de vraag hoe hij dat doet, volstaat hij met een kort antwoord: ‘Ik spreek met de mensen.’  Rosa is van Antilliaanse afkomst. Maar de suggestie dat dit bijdraagt aan zijn overwicht op een deel van de overlastgevers, wuift hij met een glimlach weg: ‘Ook het aanspreken van bijvoorbeeld Turkse of Marokkaanse bewoners gaat me prima af; ik spreek met mensen.’

Een andere portieksheriff is mevrouw De Clercq, een alleenstaande moeder met vier kinderen. Ook zij is er vanaf het begin bij. Ze woont net als Rosa in Wiekslag, in een portiek met meerdere alleenstaande moeders en een notoir overlastgever. ‘Mijn portiek is een onmogelijke,’ zegt ze er zelf over. Haar sheriffschap heeft nog niet geleid tot het einde van de overlast. Wel staat, mede door de meldingsbereidheid van De Clercq, de problematiek in haar portiek nu duidelijk op het netvlies van Wierckx en de diverse hulpinstanties. En is alles opgetekend in het dossier dat Havensteder per huurder bijhoudt.

Op dit moment zijn er zo’n 25 portieksheriffs in De Hoven (5) en Wiekslag (20) actief. Sinds hun ‘komst’ worden er meer meldingen gedaan van overlast, criminaliteit en zwerfvuil, met als concreet resultaat: het oplossen van een bromfietsdiefstal en het achterhalen van een bedrijf dat illegaal vuil in de wijk stortte. Veel meldingen vinden nu nog plaats via de speciaal opgerichte WhatsApp-groep, die beheerd wordt door Shanice Brison, rechterhand van Wierckx. Maar door verspreiding van een meldingskaart is de hoop dat de meldingen steeds meer direct aan de betreffende instanties worden gedaan. De bedoeling is dat het aantal portieksheriffs in 2016 groeit naar zeventig. Op de vraag waarom niet gemikt wordt op drieënnegentig sheriffs (in elke portiek één),  stelt Wierckx nuchter vast: ‘Niet in iedere portiek woont een geschikte kandidaat.’

portiekgesprekken

De werving van de sheriffs verloopt sinds een half jaar via zogenaamde portiekgesprekken, die door Havensteder worden geïnitieerd. Hiervoor worden de bewoners huis aan huis uitgenodigd. Een arbeidsintensieve aanpak, maar die blijkt te werken. Want waar er in het begin amper animo voor dit soort gesprekken was, ligt de opkomst nu tussen de 50% en 75%. Het is een staande receptie, in de portiek zelf, met een flip-over en een thermoskan koffie. De bewoners stellen zich aan elkaar voor en wordt gevraagd ‘of ze hier met plezier wonen.’ Eventuele kleine klachten worden meteen door Havensteder opgepakt, waardoor het vertrouwen van de bewoners groeit.

Stadsmarinier Steven Wierckx
Stadsmarinier Steven Wierckx

Uiteindelijk wordt geprobeerd één van de bewoners warm te maken voor de functie van portieksheriff. De bedoeling is dat de portieksheriff op een gegeven moment zelfstandig 1 of 2 keer per jaar de aanzet geeft tot een portiekgesprek.

In Wiekslag loopt het werven door deze aanpak goed. De Hoven is een lastiger verhaal, vooral omdat de wijk in 2018 op de nominatie staat om gesloopt te worden. Er wonen hier veel tijdelijke huurders, die weinig binding hebben met de buurt. Toch blijft Havensteder ook hier actief werven, om de leefbaarheid in deze wijk tot de sloopte waarborgen.

Om de sheriffs zo goed mogelijk voor hun taak uit te rusten, krijgen ze diverse workshops communicatie aangeboden. ‘Het gaat in deze workshops over sociale vaardigheden en geweldloze communicatie, zegt Wierckx. Bij afronding van een workshop ontvangen de sheriffs een certificaat. Wierckx: ‘Dat staat mooi op hun CV, maar het gaat in wezen om de persoonlijke ontwikkeling van de sheriffs. Om het in hun kracht zetten van deze mensen.’ Rosa en De Clercq zullen binnenkort aan de eerste workshop deelnemen.

Tijdens een afsluitende wandeling door de buurt met Verginia Jethoe, wijkbeheerder van Havensteder, en Shanice Brison vertelt Brison: ‘Elke portiek heeft zo zijn eigen problematiek en identiteit. En die brengen we in kaart met behulp van de portieksheriff. ’Voor ze verder kan vertellen, wordt ze aangesproken door een heer in een auto, die haar een opsomming geeft van precies díe overlast – urineren in de berging van de flat, jam of ketchup aan de muren, vuilnis in het trappenhuis – die door een portieksheriff met behulp van professionals aangepakt kan worden. Jethoe grijpt haar kans en stelt een portiekgesprek voor. De man aarzelt, lijkt er niet zo in te geloven, maar stemt ondanks zijn terughoudendheid toe met de woorden: ‘Anders gebeurt er ook niks …’ Die gaan we proberen te werven als sheriff’, zegt Brison, als de auto uit het zicht verdwijnt. Om eraan toe te voegen, dat ze zich er terdege van bewust is dat ze heel wat van haar sheriffs vraagt. Zeker omdat er naast de communicatietrainingen, een enkele cadeaubon en een kerstborrel, geen vergoeding tegenover staat.

Bij terugkomst in de op de Hoven tot kantoor omgebouwde garage van Wierckx en Brison vat de stadsmarinier de complexiteit van de buurten en het belang van de sheriffs nog eens kernachtig samen: ‘Eigenlijk is elke portiek een straat op zich.’

De voornamen van de geïnterviewde sheriffs zijn om privacy-redenen weggelaten.

 

Publicaties: