Inzet van corporaties om het thuisgevoel van bewoners te stimuleren zou wel eens een antwoord kunnen zijn op de toenemende druk in portieken. Hoe geven corporaties nu al handen en voeten aan dit begrip?
Door Wenda Doff
Bewoners weten heel goed wanneer zij zich thuis voelen (of juist niet). Lastiger blijkt het om precies aan te geven waarom men zich thuis voelt, zo leerden de deelnemers van drukbezochte workshop “Thuis in portiek of flat” tijdens het kenniscongres Goed Wonen, Samen Organiseren. “Ondanks dat voor velen duidelijk is dat je ergens thuis voelen belangrijk is, is er nog niet bijzonder veel onderzoek naar gedaan”, vertelt Maurice Caniels (Portaal). Hij doet promotieonderzoek naar thuis voelen en wil weten hoe thuisgevoel in de sociale huursector werkt en dan vooral vanuit de bewoners zelf. Hij kijkt daarbij naar het niveau van het woongebouw, dat binnen de invloedssfeer van der corporatie ligt. En waar volgens hem dus kansen liggen. In de presentatie doet Maurice verslag van een eerste verkenning van de literatuur. Thuis is een multidisciplinair begrip, heeft bijna altijd een positieve gevoelswaarde en betreft een gelaagde emotie; volgens professor Jan-Willem Duyvendak (2009) te onderscheiden in vertrouwd voelen (familiarity), haven (daar waar je je veilig voelt) en heaven (daar waar je jezelf kan zijn. Factoren die verband houden met thuis voelen zijn o.a. levensfase/leeftijd, woonduur, buurtparticipatie en eigenaarschap (de mate waarin je controle hebt over je woonomgeving).
Voor woningcorporaties is het volgens Debora Smits (Havensteder) van belang aandacht te hebben voor en te investeren in thuisgevoel omdat bewoners die zich thuis voelen meer betrokken zijn bij en meer willen doen voor hun directe woonomgeving. Havensteder is daarom het pilotproject “Mijn HOMErusbuurt” gestart, uitgevoerd door Thuismakers Collectief. De insteek van het project is om via fysieke interventies een sociaal en mentaal proces op gang te brengen. Aan het begin van het project zijn met alle bewoners individuele gesprekken gehouden. Vervolgens zijn er activiteiten georganiseerd om bewoners met elkaar in contact te brengen, bijvoorbeeld jam maken.Anna Dekker van Thuismakers Collectief vertelt dat door het project het thuisgevoel van bewoners aanzienlijk is toegenomen. Er is meer contact met buren, bewoners helpen elkaar vaker en ze zijn vaker actief in de buurt. Daarnaast is het vertrouwen in de woningcorporatie toegenomen en de verhuisgeneigdheid afgenomen. Belangrijkste lessen zijn: praten over thuisgevoel zorgt al voor bewustwording, zélf doen (co-creatie) is belangrijk, communiceer vaker wat mág, kom met een gedeeld, positief doel, zorg dat het basisonderhoud in orde is, geef het portiek (tijdelijk) een andere functie (van verblijf en ontmoeting) en faciliteer de ontwikkeling van routines, rituelen en tradities.
Lees meer over het project Mijn HOMErusbuurt van Havensteder en het Thuismakers Collectief